tussenstop – of eindbestemming – Zoersel
gepubliceerd op do 14 jul 2022Text
Iryna, Anastacia en Svetlana zijn drie van de ongeveer 80 Oekraïense vluchtelingen die momenteel in onze gemeente verblijven. Dat zij de afgelopen maanden heel wat hebben meegemaakt, zou u hen op het eerste gezicht niet aangeven, maar blijkt wel uit een pakkend gesprek dat we met hen hadden.
Op 24 februari startte de Russische invasie van Oekraïne. Was jullie beslissing snel gemaakt om het land te verlaten?
Anastacia: Wij hebben in eerste instantie onze zoon Artem naar mijn schoonmoeder gestuurd, 30 km verderop. Maar ook daar werd de situatie al snel erger. Artem heeft autisme en is heel snel achteruitgegaan door alles wat hij daar heeft gezien en gehoord. Wat we hem de afgelopen drie jaar hebben aangeleerd, is hij terug kwijt. Mijn man vond het daarom toch beter dat Artem en ik vertrokken. Hij is zelf beroepsmilitair en mág de strijd, en het land, dus niet verlaten.
Svetlana: Mijn man is ook beroepsmilitair. In het begin stelde hij ons nog gerust: “Alles komt goed. Je moet niet bang zijn.” Dus bleven we. Maar de bombardementen en ontploffingen volgden elkaar snel op. Soms sliepen we in de zetel, soms in de kelder en soms zelfs in bad – daar waar we ons op dat moment het veiligst voelden. Tijdens bombardementen legde mijn man zich op ons om ons te beschermen voor brokstukken. Op een dag zei hij: “Het is beter dat jullie vertrekken.” Mylana (haar dochter) en ik zijn met ons tweetjes, met de auto, helemaal tot hier gekomen. Het was een helse reis: we zijn ziek geweest onderweg, hebben heel wat nachten in een wei doorgebracht, maar we zijn er geraakt.
schril contrast
Het is verschrikkelijk hoe jullie daar halsoverkop zijn moeten vertrekken. Voelen jullie zich hier al een klein beetje thuis intussen?
Anastacia: In het begin was het contrast heel groot. We hebben zo veel meegemaakt dat het moeilijk was om te zien hoe alles hier vredig verloopt en z’n gewone gangetje gaat.
Svetlana: We voelen ons hier heel veilig, al schrokken onze kinderen onlangs wel toen er tijdens een feestje in de buurt met bommetjes werd gegooid. Ze liepen met z’n allen in tranen naar buiten.
een lach en een traan
Svetlana, zowel jij als Anastacia verblijven met jullie kinderen in het doorstroomhuis in de Kerkhoflei. Wat daarna?
Svetlana: Mylana en ik willen graag op onszelf wonen. Wij zijn dus op zoek naar een andere woning, maar we gaan onze vrienden in het doorstroomhuis wel missen. We zijn op die korte tijd echt familie geworden van elkaar!
Lia Van De Water (vrijwilligster in het doorstroomhuis): Wij als vrijwilligers, maken daar ook deel van uit! De band die we met hen hebben is enorm snel gegroeid. Tussen al het verdriet door, wordt er gelukkig ook veel plezier gemaakt.
Iryna, jij verblijft samen met je dochter Viktoriia bij een gastgezin?
Iryna: Klopt. Ook ik kan me niet voorstellen dat we weg zouden moeten bij Frank (Schaffels) en zijn gezin. We zijn één grote familie geworden. Maar we kunnen er natuurlijk niet eeuwig blijven.
Frank: Als Iryna en Viktoriia hier in de buurt op zichzelf zouden gaan wonen, gaan we hen zeker missen. Maar stel dat ze beslissen om terug te keren, dat zou pas écht zeer doen. Wij hebben hen hier onmiddellijk een ‘normaal’ leven willen aanbieden. Wij geloven dat hier zeker een toekomst voor hen is en we hopen dat zij dat na verloop van tijd ook gaan inzien.
Lees het volledige interview in het ZOERSELmagazine van juni (pagina 8 – 10).
Bedankt aan tolk Nur Urazaliev voor de vertaling.